15-10-2017Nieuws

Hoe successierechten vermijden op je onroerend goed in Vlaanderen?

Voor heel wat Vlamingen vormt de eigen woning het grootste deel van hun patrimonium of (onroerend) vermogen. In de erfbelasting is er een bijzonder statuut uitgewerkt voor die gezinswoning t.o.v. de langstlevende echtgeno(o)t(e), de wettelijk samenwonende partner en de feitelijke partner. De bedoeling hiervan is te vermijden dat de langstlevende partner in financiële problemen zou komen in geval van overlijden van zijn/haar man of vrouw. Andere onroerende goederen worden dan weer wél zwaar belast. In functie van de waarde van een pand én van de familiale band, kunnen de successierechten op vastgoed in Vlaanderen oplopen tot 65%! Gelukkig bestaan er verschillende technieken om deze hoge successierechten te vermijden. Die lichten we graag toe in dit artikel.


Successietarieven in Vlaanderen
De hoogte van de successierechten die je moet betalen op een onroerend goed, hangt af van de verwantschap tussen de persoon die erft en de persoon die overlijdt. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen eerste lijn (echtgenoten, kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen, ouders grootouders, overgrootouders van de overledene), tweede lijn (broers en zussen) en derde lijn (alle anderen, dus bv. ook ooms, tantes, neven en nichten). 
Nemen we een concreet voorbeeld van een pand ter waarde van 300.000 euro. Kinderen die dit pand erven van hun ouders (= eerste lijn), zullen daar 33.000 euro successierechten op moeten betalen. Een broer die datzelfde pand erft van zijn zus, zal 163.748,80 euro successierechten moeten betalen. En voor een neef die dat pand van een oom zou erven, lopen de successierechten zelfs op tot 174.998,80 euro. Je zou dus terecht kunnen spreken van een ‘vergiftigd geschenk’. 
Gelukkig bestaan er verschillende opties om die hoge successierechten te vermijden. Belangrijk om weten is dat de technieken die we hieronder beschrijven, aanvaard worden door de fiscus en dus niet als fiscaal misbruik worden beschouwd. 

De gesplitste aankoop
Bij een gesplitste aankoop wordt – bij de aanschaf van een woning – de aankoop opgesplitst in vruchtgebruik en in blote eigendom. In de meeste gevallen verwerven de ouders het vruchtgebruik en de kinderen de blote eigendom. Concreet kunnen de ouders het onroerend goed dus bewonen of verhuren naar eigen believen. Bij het overlijden van de ouders, valt het vruchtgebruik weg en worden de kinderen volle eigenaars. In de meeste gevallen schenken de ouders het benodigde geld (= roerende schenking) aan hun kinderen. Op die schenking moeten de kinderen in Vlaanderen 3% schenkingsrechten betalen (= een schenking in rechte lijn).

De gefaseerde schenking 
Een tweede mogelijkheid om de successierechten op een woning te vermijden, is die woning bij leven te schenken. In plaats van successierechten zal er een (lagere) schenkbelasting betaald moeten worden. De schenkbelasting wordt berekend per schenking en per begiftigde. Ook hier maakt de overheid een onderscheid tussen de schenking in rechte lijn en de schenking in zijlijn. Bovendien wordt er een gunsttarief toegekend voor onroerende goederen die een energierenovatie ondergingen. 
Belangrijk hier is om rekening te houden met de regel van drie jaar. Dat betekent dat je pas om de 3 jaar een schenking aan dezelfde begunstigde kunt doen. Anders wordt de belastbare waarde van eerdere schenkingen meegeteld en zal je dus hogere schenkingsrechten moeten betalen. 

De verkoop 
Een derde techniek om de hoge successierechten op een wettelijke manier te vermijden, is de verkoop. Concreet sluiten de kinderen een lening af en kopen ze het pand van hun ouders. De ouders kunnen hier het vruchtgebruik behouden. Op de aankoop betalen de kinderen de gebruikelijke 10% registratierechten. De ontvangen verkoopsom kunnen de ouders via een bankgift of via een notariële schenking terug aan hun kinderen schenken. Het gaat hier dan om een schenking van roerende goederen, waarvoor de schenkingsrechten lager zijn dan voor onroerende goederen. De kinderen kunnen met dat geld op hun beurt hun schuld bij de bank aflossen. Wat hebben de kinderen hierbij gewonnen? De kost voor de overdracht van het onroerende goed is hier gelijk aan 10% registratierechten en eventueel 3% schenkingsrechten, in plaats van de progressieve successierechten die in rechte lijn kunnen oplopen tot 27% in de hoogste schijf! 

Heb je nog vragen? Spreek erover met je notaris, boekhouder of bankier. 

Op zoek naar een nieuwe woonst of investering ? Ontdek Villa Borgeind en W.Place 

Deel dit bericht op sociale media